Test: Ducati Diavel 1260

Zonder twijfel is de Ducati Diavel 1260 de meest polariserende motor waarmee ik al reed. Nog nooit zoveel reacties gehad op het design van een testmotor. “Mottigste Ducati ooit,” hoorde ik. Maar de haters waren sterk in de minderheid. De loftrompet schalde veel meer. Eén automobilist had zelfs meer oog voor m’n motor dan voor de baan.

De Diavel heeft dan ook een niet-alledaagse look. Een langgerekt, laag lijf, met een gespierde voorkant en het meest in het oog springend: de spatbordloze achterkant. Enkel een nummerplaathouder met richtingaanwijzers, die gelukkig tijdens regenritten een natgesproeide rug voorkomt. Dankzij de enkelzijdige swingarm aan de linkerkant en de korte uitlaat kan je aan z’n rechterkant onmogelijk naast dat indrukwekkende achterwiel kijken.

Op foto wist ik de Diavel niet onmiddellijk te appreciëren, maar in levenden lijve overtuigde z’n design me makkelijk. De afwerking is ronduit top. Ook al is z’n look niet je meug, je kan niet ontkennen dat de designers uit Bologna veel liefde in dit ontwerp stopten. Kijk maar ‘s naar fraaie details zoals de paneeltjes in geborsteld staal, de knappe pinkers vooraan of de rood oplichtende knoppen op het stuur (wel jammer dat de lettertjes op die knopjes niet transparant zijn zodat ze ‘s nachts niet mee oplichten). Lees verder

Test: Ducati Scrambler 1100 Special

Intermot 2014. Ducati onthult de 800 cc Scrambler, in vier uitvoeringen nog wel. Al snel komen daar nog drie extra uitvoeringen bij én een 400 cc versie. De lifestyle-georiënteerde benadering slaat blijkbaar aan, want op EICMA 2017 introduceert Ducati de Scrambler 1100.

Daarmee zijn de Italianen de Britten mooi voor, want die lanceren hun dikkere Scrambler pas in 2019. Voorlopig is de enige rechtstreekse concurrent van de Scrambler 1100 dus de BMW R nineT Scrambler.

De looks van de Scrambler 1100 wijken weinig af van de 800, die met z’n compacte, smalle bouw een opstapper lijkt, hoewel hij zo helemaal niet rijdt. Bij de 1100 is alles net een maatje groter, zodat hij volwassener oogt. Hij is er in drie uitvoeringen: de “gewone”, de stijlvolle Special en de racy Sport. Samen met het uitrustingsniveau stijgt de prijs: 12.990, 14.290 en 14.990 euro (België), 15.890, 17.190, 17.890 euro (Nederland). Ik ging een weekje cruisen met de Special.

Sexy en gracieus

De Ducati Scrambler 1100 Special richt zich duidelijk op wie z’n scramblers het liefst klassiek lust. De spaakvelgen, aluminium spatborden en het bruine lederen zadel in combinatie met de grijze tank creëren een tijdloze look. De afwerking is zoals we kennen van Ducati: zeer verzorgd. Zelfs de remkabel maakt een gracieuze kromming.

En er zijn nog meer blikvangers. Zoals de mooie koplamp met led-ring en de Born Free inscriptie op de tankklep die we al kennen van de 800 cc Scrambler. Verder zijn er nog de typisch Ducatiaanse, knap kronkelende uitlaatbochten, een fraaie display en dat sexy kontje, met dank aan de dubbele uitlaat en het stijlvolle spatbord. Spatbord mag je letterlijk nemen: een regenrit levert gegarandeerd een bespatte rug op.

Evenwichtsoefening

In vergelijking met het design maakt het motorblok minder indruk. Dat werd Lees verder

Test: Ducati Multistrada 1260 S Touring

Het eerste wat me opvalt wanneer ik naast de Ducati Multistrada 1260 S Touring sta is hoe imposant hij is, met zijn hoge schouders, ranke taille en brede heupen. Volgens sommigen is dit de mooiste Ducati ooit. Of hij ook de béste Ducati ooit is ging ik uitzoeken tijdens een lang weekend in de Eifel.

Des gouts et des couleurs

Ik loop er een paar keer rond. Een opvallende verschijning is het wel. Boordevol stijlelementen die onmiskenbaar Multi zijn: de opvallende lichten boven de luchthappers die als neusgaten in de snavel zitten, het prachtige achterlicht dat er vanuit iedere hoek anders uitziet, de fraaie enkelzijdige achterbrug.

De Multistrada 1260 S onderscheidt zich van de S-loze 1260 door zijn uitgebreidere uitrusting. De Skyhook Evo ophanging, quickshifter, TFT-display, LED-lampen en cornering lights komen erbij, uiteraard tegen een meerprijs.

Het grijs van mijn testexemplaar vind ik een bijna saaie kleur. De rode vind ik een pak mooier. En helemaal geil wordt het in de Pikes Peak uitvoering. Smaken verschillen, zeker?

Wanneer ik het contact aanzet verschijnt een bloedrood Ducati logo op het 5” TFT-scherm. Er staat enorm veel informatie op het dashboard. De snelheid en gekozen versnelling worden door joekels van cijfers weergegeven, het toerental wordt over de volledige breedte van het scherm uitgesmeerd en de gekozen mapping is duidelijk af te lezen. Maar voor de rest is het zoeken. Links staan tripgegevens, temperatuur, verbruik en het menu, in het midden de tankinhoud, en rechts de stand van de elektronisch verstelbare vering en de instellingen van de rijmodi. Allen worden redelijk klein weergegeven in het onderste deel van het dashboard.

Bij een druk op de startknop lijkt er heel even niets te gebeuren. Maar dan schudt de dikke Testastretta DVT twin zich wakker. Een schudden dat trouwens altijd aanwezig is, in meer of mindere mate.

Een bescheiden roffel rolt uit de dubbele uitlaat. Al na de eerste meters blijft van dat initiële imposante gevoel niets meer over. Dankzij een compacte ergonomie waarbij het stuur niet te breed is en dicht naar je toe staat, lijkt het alsof je met een veel kleinere motor op pad bent. Sturen gaat lichtvoetig en de grote Multistrada is verrassend wendbaar. Dat geeft meteen veel vertrouwen.

Onvrijwillige muilezel

Bij het inladen voor het weekend blijkt al snel dat ik geen fan ben van de zijkoffers die worden geleverd bij de Touring versie. Ze passen mooi bij het geheel van de Multistrada en er gaat ondanks de grillige vorm best veel in, maar de zijkoffers laten zich moeilijk monteren en iets minder moeilijk demonteren. De topkoffer zal er zelfs het volledig weekend niet afgaan wegens muurvast*.

Wel zo handig voor de rest van de groep want ik speel het hele weekend voor muilezel. Geen enkel probleem op deze Duc die geen last heeft van een kilootje bagage meer of minder. Het deksel van de topkoffer sluit ook niet volledig af, waardoor er na een stevige bui enkele druppels water in zitten.

Elektronica-overvloed

En dan zijn we weg. Eerst 150 km over de snelweg. Tijd zat om met de elektronica te spelen. Ik vind cruisecontrol zowat de beste optie die je kan nemen en die op de Multistrada werkt feilloos. Hier kunnen zelfs veel automerken nog een puntje aan zuigen. Zonder enige aarzeling neemt hij iedere keer weer op, in eender welke versnelling.

Verder zijn er naast riding modes (Sport, Touring, Urban en Enduro), power modes, elektronisch instelbare vering en een quickshifter ook een heleboel drieletterafkortingen: VHC (aka hellingsrem), ABS en DTC (beide met hellingssensor), en DWC.

Alles wat je maar kan bedenken zit er dus op. En: alles werkt ook gewoon goed. Verschillen in de rijmodi zijn duidelijk voelbaar. Zelfs de layout van het TFT-scherm wordt subtiel aangepast bij iedere modus. ABS en DTC zijn erg fijn afgeregeld waardoor ze nooit bruusk tussenkomen. Een kleine stoppie wordt in Sportstand zowaar toegelaten. En de leukste afkorting is DWC oftewel Ducati Wheelie Control: gas open en wheeliën maar. Al had die iets minder conservatief mogen zijn voor de hooligans onder ons.

Bochten iemand?

Wanneer we de Eifelbochten induiken schakel ik over van Tour naar Sport. De gasrespons wordt Lees verder

Top 3 favoriete testmotoren 2017

Welke testmotoren me dit jaar het meest bevielen? Hier zijn m’n drie favoriete testmotoren van 2017.

3. Ducati Multistrada 950

De strijd om de derde plek was hevig. Zware battle tussen de Yamaha Tracer 900, de Triumph Tiger Explorer XRt en de Ducati Multistrada 950. De Tracer schittert met z’n fijne driecilinder en speelse rijkarakter, terwijl de Tiger Explorer je inpakt met comfort en technologie.

Maar het is de Multistrada 950 die de bronzen plak pakt, gewoon omdat hij zich mooi tussen de twee bevindt. Niet de meest speelse, niet de meest comfortabele, maar wel een pittig, perfect handelbaar motorblok, knappe looks, een zeer uitgebalanceerd rijgevoel en goede wendbaarheid. Als twee honden vechten om een been …

Het testverslag van de Ducati Multistrada 950 vind je hier.

2. BMW R 1200 GS Rallye

Al jarenlang is de 1200 GS een van de zoetste broodjes in de motorentoonbank. Dat heeft gevolgen. Je ziet ‘m overal en dan jaag je al eens mensen tegen je in het harnas. “Saai! Eenheidsworst!” roepen ze dan. “Iets waarmee iedereen rijdt, dat moet ik niet. Ik wil uniek zijn!”

Lees verder

EICMA 2017: de 11 lekkerste onthullingen

1100 onthullingen op EICMA dit jaar, ik pik er mijn elf favorieten uit.

BMW F 750 GS en 850 GS

Zoals vooraf geteased lost BMW nieuw GS-geweld. Niet één, maar twee nieuwe modellen: de BMW F 750 GS en de BMW F 850 GS. De 850 heeft duidelijk een meer offroad- en tourgericht karakter, terwijl de 750 de toegankelijke instapper is.

Het volledig nieuwe motorblok krijgt een grotere longinhoud dan z’n voorloper, van 798 cc naar 853 cc. Meer paarden ook, 77 pk voor de 750 GS, 95 pk voor de 850 GS, en meer koppel: respectievelijk 83 en 92 Nm. Ter vergelijking, de BMW F 800 GS waarvan we afscheid nemen, heeft 83 Nm en 85 pk.

Naast dat nieuwe motorblok heeft de kersverse middenklasse-GS ook een pak meer technologie aan boord. Denk aan een 6,5″ TFT-display en de LED-koplamp. Twee rijmodi, ABS en tractiecontrole zitten in het standaardpakket, voor bochten-ABS en -tractiecontrole moet je bijbetalen. Geen gewichtsverlies helaas, integendeel. Vanaf 24 maart in de showrooms met Belgische prijzen van respectievelijk 9.690 en 12.150 euro (Nederland: 10.944 en 13.894 euro).

Yamaha Ténéré 700 World Raid Edition

Op EICMA 2016 deed Yamaha ons al watertanden met de T7 Concept bike. Dit jaar helaas nog geen aankondiging van een productieversie, maar een nieuw, meer productiegericht prototype, de Ténéré 700 World Raid Edition.

Het motorblok is gebaseerd op de tweecilinder van de MT-07, en verder zien we onder meer een Akrapovic-uitlaat en carbon-onderdelen.

Hoeveel daarvan zal overblijven in het productiemodel, is afwachten. Afwachten tot EICMA 2018 wellicht. En dan vermoedelijk nog wachten tot 2019 vooraleer de 700 Ténéré effectief gereden kan worden. Zucht.

Oh, de eerder voorgestelde Yamaha Niken was er ook nog. Ik weet nog altijd niet goed wat ervan te denken. Een veel te vroeg geloste aprilvis of de eerste écht opwindende leaning trike? Volgend jaar toch maar ’s testen?

 

Triumph Tiger 800

Hopla, nog een middenklasse-allroader. Triumph verbeterde chassis en motorblok van de Tiger 800 op meer dan 200 punten, de eerste versnelling werd verkort, er is een nieuw windscherm dat in vijf standen ingesteld kan worden, een TFT-display, LED-koplamp, en de joystickknop die ik op de Street Triple al zo handig vond. En nog veel meer.

Voornaamste punt van kritiek bij de vorige Tiger 800 was Lees verder

Test: Ducati Multistrada 950

Laat de naam Ducati vallen en iedereen denkt automatisch aan flitsende racemachines of brute Monsters. Nochtans staat in Ducati’s geschiedenisboeken al jaren een hoogpoter: in 2003 werd de Multistrada 1000DS geïntroduceerd. De 1200 kwam er in 2010 en zet vandaag 160 pk en 136 Nm neer. Voor wie dat wat erover vindt, is er sinds dit jaar de Multistrada 950. Minder elektronica, minder power en minder duur. Maar maakt al die minder er ook een mindere rijervaring van? Ik zocht het uit.

De Multistrada 950 haalt de mosterd uit twee potten: voor het rijwielgedeelte werd leentjebuur gespeeld bij de Multistrada 1200 terwijl de 937 cc Testastretta twin uit de Hypermotard 939 stamt.

Op papier maakt dat de “kleine Multistrada” een pak minder indrukwekkend dan zijn grote broer. Met 113 pk en 96 Nm verbleekt de 950 naast het kanon dat de 1200 is. In het elektronicapakket werd eveneens flink gewied: onder meer cornering ABS, cruise control en semi-actieve ophanging vliegen eruit, maar ride-by-wire, vier rijmodi en tractiecontrole blijven. Uiteraard drukt die downgrading de prijs: van 17.390 euro voor de basic 1200 naar 13.690 euro naar de 950 (in België, de Nederlandse prijzen: 20.590 versus 15.890 euro). Op de weegschaal is er van de vermageringskuur echter nauwelijks iets te merken: van 209 kg (voor de basic 1200) naar 205,7 kg droog.

Zelfs mét een rits budgetingrepen blijft de Multistrada 950 een knappe, zorgvuldig afgewerkte verschijning. De strijdlustige neus en brede tank imponeren, maar in het zadel krijg je een ander, erg toegankelijk gevoel. Je zit eerder in dan op de motor en ondanks de vrij brede tank oogt de voorsteven compact eens je zit. Bovendien is het zadel vrij smal, met een standaard zithoogte van 840 mm (niet verstelbaar). Daardoor kon ik vlot met de voeten aan de grond. Die elementen samen maken dat de 950 ineens een stuk kleiner aandoet.

Van slak tot driftkikker

Die ervaring wordt versterkt als je vertrekt. De motor voelt zeer uitgebalanceerd aan. Absoluut geen gevoel van een hoog zwaartepunt. Samen met de brede stuuruitslag en de goede doseerbaarheid van de gas geeft dat direct vertrouwen.

Een Ducati die niet sportief is, dat moet godslastering zijn. Gelukkig is de 950 overduidelijk van Bologna afkomstig, want ook al moet hij het rooien met 47 hengsten minder dan de 1200, knallen kan hij. Vanaf 4000 toeren Lees verder

Fotospecial: de moto’s van het Auto & Moto Salon 2017

Enkele beelden van op het Auto & Moto Salon 2017, niet noodzakelijk in deze volgorde:

triumph-salt-lake-racer

royal-enfield-himalayan-autosalon-2017

triumph-thruxton-trackracer

motokouture-bmw-s-1000-rr

kawasaki-hp2-2017 Lees verder