Kort getest: BMW F 650 GS (twin)

Mijn BMW F 650 GS mono moest binnen wegens versleten lagers in de achterveer en -as. Antwerp Moto Store sloot onlangs de deuren, dus ging ik om praktische redenen naar BMW Brussels Motorrad, en niet naar het kersvers geopende Meeusen Motoren Antwerpen. De Brusseleirs gaven me een BMW F 650 GS twin mee als vervangmotor. 300 km mee gereden, goed voor een kort testverslag.

bmw-f-650-gs-twin

De BMW F 650 GS twin volgde de mono op in 2008. Het kleinste enduromodel van BMW kreeg er niet alleen een cilinder bij, maar ook meer pk’s (van 50 naar 71) en meer cc’s (van 652 naar 798). Dat verschil is direct voelbaar: de 650 GS twin is een pak vinniger. Agressief kan je ‘m echter niet noemen, daarvoor rijdt hij te smeuïg. In eerste en vooraan in tweede reageert hij wel heel bokkig op bruusk gashendelgedraai.

Als je van een 650 mono op een 650 twin stapt, merk je onmiddellijk het hogere zadel op. Ik kan nog steeds met beide voeten plat op de grond, maar wie minder cm’s meet moet het mogelijk met minder comfort doen.

Je zit ook iets meer voorover, waardoor de twin sportiever aanvoelt, terwijl de mono meer relaxed rechtop rijdt.

Verdere pluspunten die ik noteerde t.o.v. de BMW F 650 GS mono, naast de pittigere motor:

– Handvatverwarming die duidelijk meer warmte afgeeft dan die op mijn mono. Een uurtje autostrade aan 5°C pijnigt de vingers evengoed maar is net te doen.
– De koplamp geeft een flinke lichtbundel. De switch van een gloeilamp op de mono naar een halogeenlamp op de twin is opmerkelijk. Wat moet dat met xenons geven?!
– De twin maakt geluid. Iets wat je van de mono moeilijk kan zeggen. Voor het ietwat nasale, knorrige geronk zal je niet direct vallen, maar beter dan de mono is het alleszins. En je kan je al eens laten horen als dat nodig is. In de file bijvoorbeeld.
– 6 versnellingen betekent meer comfort aan autostradesnelheden (de mono heeft 5 versnellingen). De 650 GS twin is heel vergevingsgezind als je een of meer versnellingen te hoog of te laag zit. En de versnellingsindicator op het digitale dashboard: superhandig.

Er zijn echter ook minpunten:

Lees verder

Getest: Triumph Street Triple R

triumph-street-triple-r-stickers

De Bonneville had ik nog maar pas teruggebracht of Triumph schotelde me een Street Triple R voor. En dan hap je toe. Zeker als je een collega hebt die met een Street Triple rijdt en er niks dan lof over heeft. Daarom een testverslag aan de hand van quotes van collega Nicolas:

triumph-street-triple-r

“Een driecilinder is het ultieme compromis.”

Kenmerkend voor de Triumph Street Triple is zijn driecilinder. Ik was curieus wat dat ging geven, de eerste keer op zo’n driepitter.

Een driepitter zegt een motorleek wellicht niks, maar je moet geen rekenwonder zijn om te weten dat je met een driecilinder tussen de 2 en de 4 cilinders zit. Je geniet van de voordelen van beide: het nerveuze van een tweecilinder, de power van een viercilinder. In de realiteit betekent dat koppel in overvloed, maakt niet uit in welk toerental je vertoeft.

675 cc lijkt niet enorm veel, maar je hebt wel drie van die 675-cilinders ter beschikking. En 106 pk voor 182 kg is ook niet mis. Het acceleratievermogen van de Street is dan ook verbluffend. Toerental of versnelling maakt niet uit, de Street gààt. Het lijkt alsof je niet optrekt per km/u maar met tientallen. Rustig op de autostrade rijden aan 100, een ruk aan het gas om een vrachtwagen in te halen en voor je het beseft zit je in snelheidsboetezone. Oppassen.

triumph-street-triple-r-tankdop

“Die van jou is knap, maar die van mij is knapper.”

Nicolas rijdt met het vorige model van de Street Triple, die met de ronde koplampen. Akkoord, de nieuwe vijfhoekige lampen zijn wat minder instant likeable. En de algemene look van de Street Triple, je moet ervan houden. Hij heeft, zeker met de nieuwe koplampen, wat van een Japanner. De echte naked streetfighterlook dus.

triumph-street-triple-r-voorkant

Toch went die look hoe meer je ‘m ziet. Tegen het einde van mijn testweek begon ik ‘m zelfs mooi te vinden. De verzorgde afwerking zal daar iets mee te maken, met bijvoorbeeld fijne details als metallic rode bouten of de mooie metaallak.

Ook andere features, zoals de spiegels (die prima achteruitzicht bieden) en de digitale display met uitgebreide info, zijn top.

Ik reed met de Street Triple R. Die verschilt op een aantal punten met de Street Triple, zoals aangepaste veerinstellingen, een hogere achterkant, vier i.p.v. twee Nissin zuigers op de voorrem en pinstripes op de velgen. Visueel oogt hij wat beter, motorisch is er echter geen verschil.

triumph-street-triple-r-vogelperspectief

“Oh, en z’n geluid!”

Typisch Street Triple is zijn zoemende geluid. Daarbovenop komt een Lees verder

Gekocht: BMW F 650 GS

Theoretisch rijexamen gedaan, rijlessen gevolgd, voorlopig rijbewijs opgehaald. Tijd om een motor aan te schaffen. Maar welke? Een eerste motor kiezen, niet evident.

Mijn vereisten:

  • Niet te zwaar en makkelijk te manoeuvreren. Met het oog op het rijexamen, en ook omdat ik me niet direct met een zware 1200 cc zie slalommen en doen. Een 650 dus, of daaromtrent.
  • Rechte zitpositie. Het plan is redelijk wat woon-werkverkeer te doen, dus zo’n racemachine lijkt me weinig comfortabel. Totaal ook niet mijn type motor trouwens.
  • Kuipje. Ook weer vanwege dat woon-werkverkeer. Toch iets of wat afgeschermd op de motor zitten. Niet te veel wind of regen op de muil.
  • Tweedehands. Lijkt me een beetje zot om direct een nieuwe motor te kopen als je eerste. Omdat ik nog niet weet wat ik precies wil, of zo’n rechte lichte me wel echt bevalt op termijn, en omdat ik nog zo’n groentje ben en wie weet nog wel ’s op mijn bakkes zal gaan door domme manoeuvres.

Na wat opzoekwerk kwam ik met dit lijstje:

  • BMW F 650 GS
  • Triumph Tiger 800
  • Honda Transalp
  • Suzuki V-Strom 650
  • Kawasaki Versys

De Triumph en de Kawasaki bleken al gauw niet tweedehands te vinden. Een tweedehands Transalp en V-Strom gaan bekijken. De V-Strom vind ik qua looks het minste, en ook nogal groot. Transalps zijn tweedehands makkelijk te vinden, maar dikwijls is het kiezen tussen een “serieus ingereden” oud model, of een zo-goed-als-nieuw laatste model (wat het prijskaartje dan weer te zwaar maakt voor mij).

Dan gaan kijken voor een BMW F 650 GS. De tweecilinder is – wegens het prijskaartje – buiten bereik voor mij. De monocilinder bleek wel een optie.

Dus kwam ik uit bij een exemplaar uit 2006 (ingeschreven begin 2007). De huidige eigenaar had ‘m overgekocht van een BMW handelaar. 16.200 km op de teller, in zeer propere staat. Wat opties (ABS, middenbok, verwarmde handvaten, handkappen, topkoffer, carterplaat en -beugels). Goeie prijs.

Aangezien ik met een L moet rijden en ik me kan voorstellen dat niemand een beginner zijn tweedehandsmotor laat proberen, de buurman meegenomen om de motor te gaan bekijken. Hij kent ook meer van motoren dan ik (hij is al jaren motard), dus dat kwam van pas.

De inspectieronde en de proefrit toverden bij de buurman een glimlach op het gezicht, dus na een nachtje erover slapen de knoop doorgehakt. Zaterdag opgepikt, mijn eerste motor:

BMW F 650 GS