Eerste keer op circuit: naar Mettet met Clubmot

circuit-jules-tacheny-mettet

Circuitrijden? Niks voor mij. Da’s alleen voor snelheidsmaniakken, waaghalzen en would-be-Rossi’s. Althans, zo dacht ik er tot voor kort over.

Maar dat was buiten Clubmot gerekend. Tijdens hun bochtencursus die ik in mei volgde kwam spontaan de goesting om de aangeleerde techniek nog verder bij te schaven. En dan kom je haast automatisch op een circuit terecht, waar je geen rekening moet houden met snelheidslimieten, verkeersdrempels, zebrapaden, overstekende honden, gladde wegmarkeringen of putten in de weg.

Ik dus naar de Road Control cursus van Clubmot. Da’s zo’n beetje hun circuitinitiatie. Geen ervaring vereist, en evenmin een racemachine. Onze groep bestond dan ook uit een allergaartje: BMW R 1100 GS, Honda NC 700 S, Ducati Monster, Triumph Street Triple, Yamaha XT660X, Suzuki Bandit … Ik had twee kameraden mee: Jan op een Triumph Thruxton en Bert met z’n Buell Lightning XB12s. Ikzelf had m’n 650 GS ingeruild voor een KTM 1050 Adventure (waarvan je hier het testverslag kan lezen).

rondjes-draaien-op-mettet

Afspraak om 8 uur op het circuit Jules Tacheny in Mettet. Erg geschikt voor motoren wegens bochtig, technisch en weinig rechtuit. Of zo werd me vooraf toch verteld.

De dag werd opgedeeld in 6 sessies: 20 minuten rijden op het circuit met telkens een uur ertussen. Lijkt misschien lang als je dat zo leest, maar achteraf gezien kwam dat uur zeker van pas.

Tijdens de drie uren “pauze” in de voormiddag kreeg onze Road Control groep een paar brokken theorie te verwerken. Over zithouding, stabiliteit, kijk- en stuurtechniek. Over hoe je bochten leest. Over waar en hoe je remt en gasgeeft. Alles helder en zonder belerend vingertje uitgelegd door Erik, zoals hij dat ook al deed tijdens de Master opleiding.

Na elk uurtje theorie gingen we voor 20 minuten het circuit op. Dat gebeurde in kleinere groepjes met telkens een instructeur. In de voormiddag zorgde die ervoor dat alles er heel erg beheerst aan toe ging. De eerste sessie mochten we bijvoorbeeld enkel in tweede versnelling rijden en niet aan onze rem komen. Vooral de bochten ontdekken, letten op de instructies die je het uur erover had gekregen, aanvoelen hoe snel je een bocht in- en uitkan. Elke ronde reed een andere motard voor de instructeur, zodat die je achteraf feedback kon geven. Ook al waren de voormiddagsessies weinig spectaculair, het was onmogelijk om zonder grijns op m’n smoel van het circuit te rijden na elke sessie. Bij Jan en Bert zag ik hetzelfde fenomeen.

Iedereen kreeg een korte persoonlijke debriefing na elke sessie. De voornaamste opmerking na mijn eerste sessie was Lees verder