Hoe je de ABS uitschakelt op een BMW F 650 GS mono weet je al. Maar waarom zou je dat doen? Want de ABS is net een veiligheidssysteem. De naam (antiblokkeersysteem) zegt het al: het zorgt ervoor dat je wielen niet blokkeren.
In de praktijk treedt de ABS meestal in werking bij een noodstop of op een gladde ondergrond. Dankzij de ABS blijft je wiel draaien, ga je niet schuiven en verlies je de controle niet. En vermijd je een tête–à–tête met het asfalt.
Wanneer je een remmanoeuvre uitvoert met ABS zal je remweg wel langer zijn dan zonder, want het systeem vermindert de remkracht om je wiel draaiend te houden.
Toch rijd je op asfalt best steeds met je ABS ingeschakeld, want de iets langere remweg weegt niet op tegen de verhoogde veiligheid.
Offroad wordt dit echter een ander verhaal. Wil je bijvoorbeeld fors remmen op gravel, dan zorgt een slippend wiel ervoor dat je een pak sneller zal stilstaan dan met ABS. Doordat de losse ondergrond zich opstapelt voor je band, gaat je remafstand verkorten. Aanzienlijk zelfs.
Ter illustratie, een filmpje dat toont hoe de remweg 80% korter wordt door de ABS uit te schakelen.
Eerst met ABS, daarna zonder ABS en hard op de achterrem trappen, en tot slot zonder ABS en een combinatie van hard op de achterrem trappen en progressief de voorrem opbouwen.
Bovendien kan slippen met de achterrem dikke fun zijn, en daarnaast kan je – mits de nodige techniek – de slipbeweging ook gebruiken om te sturen.